Zetmeel en sucrose
Zetmeel en sucrose zijn allebei koolhydraten en komen vaak in grote hoeveelheden voor in onze voeding. Meer over zetmeel en sucrose lees je hieronder.
Wat is sucrose en wat is zetmeel?
Sucrose bestaat uit twee aan elkaar gekoppelde koolhydraatmoleculen: glucose en fructose. Zetmeel bestaat uit lange ketens van aan elkaar gekoppelde koolhydraatmoleculen. In de dunne darm worden zetmeel en sucrose met behulp van enzymen afgebroken om goed te kunnen worden opgenomen in het bloed.
Als deze enzymen ontbreken of slechts beperkt aanwezig zijn, dan kunnen sucrose en zetmeel niet worden opgenomen in de dunne darm. Dit resulteert in een zetmeel intolerantie (of sucrose intolerantie Beide stoffen komen dan in de dikke darm terecht waar fermentatie plaatsvindt door de daar aanwezige darmbacteriën. Bij het fermentatieproces komt vaak gas vrij en wordt vocht aangetrokken.
Welke voedingsmiddelen bevatten zetmeel en sucrose?
Zowel sucrose als zetmeel komen voor in heel veel voedingsmiddelen. Sucrose zit bijvoorbeeld in fruit en tafelsuiker terwijl zetmeel in alle graanproducten en aardappelen zit. Voorbeelden van voedingsmiddelen die (veel) sucrose of zetmeel bevatten zijn:
- Tafelsuiker
- Fruit, zoals appel, banaan, mango, peer, sinaasappel, en watermeloen
- Groenten, zoals mais, rode biet, wortel, zoete aardappel en ui
- Brood
- Rijst, pasta en andere deegwaren
- Bewerkte voedingsmiddelen, zoals koek, snoep en sauzen
Sucrose wordt toegevoegd aan ontzettend veel bewerkte voedingsmiddelen. Het wordt veelal op het etiket in de voedingswaardetabel vermeld als ‘Koolhydraten, waarvan suikers’.
Bij een zetmeel intolerantie of sucrose intolerantie is het dus het best om bovenstaande voedingsmiddelen te vermeiden. Soms hoor je mensen over een zetmeel allergie spreken, of claimen dat ze allergisch voor zetmeel zijn, dit is incorrect. Zetmeel allergie bestaat niet, de juiste medische term is een intolerantie.
Hoe ga je om met zetmeel en sucrose?
In sommige situaties kunnen bepaalde voedingsstoffen minder goed worden verteerd waardoor ze niet opgenomen worden in de dunne darm maar in de dikke darm terecht komen, hier worden ze gefermenteerd. Dit wordt ook wel een voedselintolerantie genoemd.
Het achterhalen van welke voedingsmiddelen niet volledig verteerd kunnen worden is een redelijke zoektocht. Om hier achter te komen kan je een FODMAP dieet volgen. Het wordt aangeraden om dit in overleg met een diëtist te doen.